Men Among Animals is een prettig gestoord kwintet uit Denemarken. Dergelijke groepen – denk ook aan Bonaparte – zijn vaak beruchter vanwege hun knotsgekke optredens dan omwille van hun albums en dat is bij Men Among Animals niet anders. Bij ‘Run Ego’ heb je dan ook het gevoel dat er ergens in de verte een feestje aan de gang is, maar op plaat slaat de vonk nergens over.
Wat meteen opvalt is nochtans de eigenzinnige sound van het Deense gezelschap. Helaas zijn de songs niet van hetzelfde niveau. Na het futuristische lawaai van Ceremonial Seating, barst Menth Reloaded in alle hevigheid los met drums en koebellen. De song weet echter de val van het repetitieve niet te ontwijken en al snel wordt onze aandacht door interessantere dingen afgeleid.
Het aan XTC refererende Sunset And Titan, een meezinger met verfrissende gitaren, is nog wel genietbaar. Het door synthpop gedomineerde White raakt daarentegen moeilijker van de grond en wordt nodeloos lang gerokken. Een pluim verdient de band dan weer voor de variatie die ze in de songs leggen.
Akkoord, pareltjes van songs zijn hier niet te vinden, maar de band vat zijn type van komische rock wel verrassend breed op. Zo had Menth Reloaded uit de pen van Future Of The Left kunnen komen en de gesofisticeerde koortjes uit de koker van het geniale duo Sparks.
Maar het eigenzinnige geluid en alle songvariatie ten spijt, bevat ‘Run Ego’ gewoonweg te weinig memorabele hooks om te kunnen boeien. En aangezien Men Among Animals zich toelegt op een soort van popmuziek dat feestneuzen wil verenigen zijn zulke wendingen veel meer dan zomaar een aardig extraatje.
Op het moment dat de band zich wel waagt aan een iets avontuurlijker parcours, krijg je daar meteen een licht oncomfortabel gevoel bij. Neem nu Gavrilov, een akoestische ballade die zonder aanleiding tot uitbarsting komt en daarna opnieuw geforceerd van koers wijzigt.
De katholieke manier (om met kinderen om te gaan)
The Coast is in hetzelfde bedje ziek. Minutenlang valt er zo goed als niets te beleven en toch neemt het nummer dan een spannende bocht waarna de benzine alweer blijktop te zijn.
Hoewel ook Catholic Way muzikaal gezien niet echt aanspreekt, is het wel een lichtvoetige aanklacht op de praktijken van pedofiele priesters en de goddelijke hand die hen boven het hoofd wordt gehouden. Actueel, dat is het nummer dus wel, maar door de magere muzikale omkadering vrezen wij toch dat Men Among Animals vooral tegen het koor staat te preken.
Als de band dan tegen het einde van de plaat al rondhuppelend “This is paradise” begint te scanderen over een gitaarrifje waarvan er met gemak dertien in een dozijn gaan, is het helemaal afgelopen met ons geduld.
Het titelnummer is nog een serene Roger Watersachtige slothymne, die de bloedarmoede van het album echter niet kan doen vergeten. En daarmee bewijst Men Among Animals als geen ander dat zot zijn wel degelijk zeer kan doen.
Eerder verschenen op: http://www.damusic.be/cd/men-among-animals/run-ego
Geen opmerkingen:
Een reactie posten